Hashemite Kingdom of Jordan

We rijden Jordanië binnen, dan denk je natuurlijk al gauw aan “Petra” en de “Dode Zee”.

Eerst maar even de grens procedure, even verwarrend als de meeste andere. We dachten klaar te zijn maar uiteindelijk bij de laatste gate worden we weer teruggestuurd. We hebben geen “blauwe kaart” geen idee waar je dat ding moet halen maar uiteindelijk word ik door een behulpzame douanier vooraan in de wachtende rij afgeleverd bij het loket. Ik verontschuldig mij aan de al wachtende rij mensen en overhandig de benodigde papieren, o jee je moet ook nog 20 dinar betalen en mijn beurs ligt nog in de Toyo, ik vraag een vriendelijke Duitser die toevallig voor mij stond en met een grote truck onderweg is of hij me even een twintigje kan lenen, geen probleem. Je kan hem terug halen bij de groene Toyo die staat hier ergens voor. Nu we alles hebben kan de reis verder gaan. We hebben een hotelkamer geboekt voor twee nachten, prachtige plek op de foto’s met zwembad etc. Nou ja plekje is wel aardig zwembad steenkoud, bed beetje hard en de spiralen steken wat door het matras heen en douche smerig en niet warm. Ja dat krijg je als je voor een dubbeltje op de eerste rang wilt zitten. We eten ’s avonds een hapje in het restaurant, het blijkt dat de muggen ook dol op water zijn en we treffen het, het is muggenseizoen. Aangezien de deuren van onze kamer grote openingen hebben weten ze met grote getalen ons te vergezellen. We doen die nacht geen oog dicht, wat een klote plek. We hadden al betaald voor twee nachten maar in de ochtend meld ik me bij de balie en vertel ik onze ervaringen. Toch enigszins geschokt laat de eigenaar weten dat we het diner van de vorige avond dan niet hoeven te betalen, nou da’s dan weer een aardig gebaar. 

Aqaba daar waar we zijn staat bekend om zijn koraal en onderwater leven er wordt veel gesnorkeld en gedoken. Het ligt echter aan het eind van de rode zee en er is druk scheepvaartverkeer. Het water voelt wat olieachtig aan. We nemen wel een duik in de zee maar het snorkelen geloven we wel. Ons oog viel namelijk op een zeer speciale “Glassboat” niet eentje waar je door een glazen plaat naar beneden kijkt maar waarin je heus onder water zit. We boeken niet maar nemen de gok er gewoon heen te rijden en ter plekke een kaartje te kopen. Het vertrekpunt blijkt echter in een resort te zijn en daar kom je natuurlijk niet zomaar binnen. Na wat glimlachjes en het laten zien van de folder wordt na een grondige inspectie van onze paspoorten toch de slagboom geopend. Hè Hè, we zijn binnen. De boot blijkt nog onderweg van een eerdere afvaart maar het lukt ons een plekje te krijgen op de volgende afvaart. Leuk ding, mooi tochtje en van alles gezien onder water, het zicht was een beetje wazig maar al met al was het wel geslaagd.

Ook geslaagd waren de inkopen bij de plaatselijke drankhandel, we stonden al een tijdje droog… We besluiten het goede er maar te van nemen nu we toch op het resort zijn en nemen even een duik in het plaatselijke zwembad en gaan even lekker uit eten aan het water, moet kunnen toch. Met een volle maag en lekker afgekoeld verlaten we het resort en zoeken een campingplek. Dat blijkt nog niet eenvoudig want het is weer eens weekend en overal best druk. We zien op een wat afgelegen plek een aantal auto’s staan en dat lijkt ons ook wel wat. Ja hij moest wel even in de 4×4 en er waren wel wat afzettingen maar ja er stonden meer! Het dak was nog niet omhoog of de zwaailampen van de plaatselijke politie kwamen eraan. De andere auto’s moesten hun autopapieren inleveren, meestal kan je die weer ophalen op bureau na betaling van de bij behorende boete. Ik zag de bui al hangen…. Bij ons aangekomen leg ik uit hoe en wat “tourist Hollanda” na bestudering van mijn kentekenkaart weet hij eigenlijk niet zo goed wat ie met deze situatie aan moet en stuurt ons met teruggave van ons kenteken weg. Pfff da’s even mazzel. We verlaten deze strand omgeving en gaan op weg naar het binnenland. Ik had een route bedacht die ons via de zuidkant door de bekende “Wadi Rum” zou leiden. Via een klein weggetje rijden we op zo’n 5 km afstand parallel aan de grens met de KSA. Ik zeg nog tegen Joska dat we beter nog wat verder kunnen want dicht bij de grens kamperen is nooit een goede optie, het is echter nog een heel eind dus besluiten we toch maar een plek te zoeken. We rijden een paar honderd meter van de weg af door een kleine canyon en vinden een mooi plekje. Hier zijn we zo goed als onvindbaar en zeker onzichtbaar vanaf de weg. Echter schijn bedriegt als we de volgende ochtend oog in oog staan met militairen in een Toyo pick-up. Nog steeds verbijsterd hoe ze ons ontdekt hebben lopen ze druk gebarend van alles te verkondigen. Aangezien hier geen bereik is doet de google vertaal app het niet. Ze spreken ook geen woord Engels en met wat gebarentaal wordt het ons duidelijk dat we moeten volgen.

Kilometerslang rijden we achter ze aan totdat we bij een grote militaire post komen die eigenlijk precies op de route ligt die ik in gedachten had. Er werd een Engelssprekend iemand opgetrommeld en na lang heen en weer gepraat blijkt dat het gebied wordt gebruikt door drugssmokkelaars en daardoor gevaarlijk zou zijn. Een bordje verboden in te rijden zou wel op z’n plaats zijn denk ik dan. Ook de route die ik voor ogen had mochten we niet vervolgen en uiteindelijk belandden we weer in Aqaba…

Aangezien we een band hadden die wat leegliep en iedere ochtend weer op druk gezet moest worden maakten we een stop bij de tyre service.

Het spijkertje werd na even zoeken gevonden, ik stel voor er een prop in te doen maar nee er werd geplakt binnenin. Dat gaat veel langer mee!! zei de banden specialist, ok ok doe dan maar, als je hem ook weer kan balanceren vind ik het prima en zogezegd zo gedaan. Band geplakt met pleister aan de binnenkant en voor een vermogen aan plaklood om hem in balans te krijgen. De specialist plakte echter de loodjes op elkaar en ik dacht al dat gaat mis bij de remklauwen en inderdaad de loodjes liepen aan op de remklauw en maakte een mooi irritant geluid. Zelf de band maar gewisseld met linksachter want daar is meer ruimte. Zo konden we onze weg vervolgens naar weer een wereldwonder namelijk “Petra”. Petra zult u denken; en hoe zit het dan met de “Wadi Rum die komt toch eerst? Nou de Wadi Rum daar wil ik eigenlijk niet al te veel woorden aan vuil maken en alles wat we zagen en meemaakten in het noorden van de KSA was veel mooier en grootser …

Petra dus, dit was destijds een belangrijk handelsknooppunt en als je daarlangs wou moest je flink belasting betalen (toen dus ook al). Ze werden er schatrijk mee en konden met dat geld deze fraaie graftombes uit laten hakken in de rotsen. We starten vroeg in de ochtend met onze wandeltocht die zo’n 12 km zal zijn want we willen helemaal naar het klooster wandelen. Velen laten zich brengen op een ezeltje om de 860 traptreden te overbruggen. Wij vinden dat echter zielig voor dat beest en lopen zelf wel. Later op de dag werd het ook best chaotisch, overal probeerden ze je op een ezel of paard te krijgen of een sjaal te verkopen. In Petra was alles ook exorbitant geprijsd in vergelijking met daarbuiten. ‘Zuunig as we binne’, hadden we ons voorbereid en water, broodjes en versnaperingen in de rugzak meegenomen. Uiteindelijk kopen we, na flink afdingen, toch nog een sjaal om de lokale bevolking ook wat te steunen. Het was een mooie ervaring.

De volgende highlight stond alweer op het programma; de ‘Dead Sea’ (dode zee). Hij heet zo om dat er nagenoeg niks in leeft en het is zo zout dat je erin blijft drijven. Dat wilden we natuurlijk meemaken en inderdaad we bleven drijven, wat een apart gevoel is dat. Wat ook een vreemd gevoel was, was dat Gaza hemelsbreed 120 km verderop was. Het was trouwens nog best een klimpartij om bij het zoute water te komen en het strand naast het water is behoorlijk scherp door de zoutkristallen. Afdrogen was ook lastig, door al het zout lukt dat bijna niet en alles kon daarna in de was.

Die konden we mooi verderop doen in Madaba de stad van mozaïek want daar hadden we een kamer geboekt in een appartement gebouw met wasmachine. Wat een leuk stadje was dat zeg, leuk gewandeld en heel veel mozaïek gezien. Het vak wordt er nog steeds uitgeoefend en we hebben ons de techniek en verschillen laten aanpraten door de “kenners”. Uiteindelijk besloten we nog een mooi souvenir te kopen wat uiteraard een mozaïek tableau werd.

Voordat we Jordanië binnen gingen hadden we de zgn. “Jordan Pass” aangeschaft zeg maar een soort museumjaarkaart. Met deze pass hoefden we geen visum kosten te betalen en konden we bij de meeste attracties zo naar binnen. Zo ook gingen we naar Jerash waar nog fraaie dingen te bewonderen waren uit de romeinse tijd.

Na al deze oudheden werd het tijd om de natuur weer in te gaan.

Op onze kampeerplek werden we door de lokale geitenboer nog even getrakteerd op verse geitenmelk waar we heerlijke pannenkoeken van hebben gebakken.

Op onze weg richting de grens maken we nog even de afweging om via Saudi en Koeweit naar Irak te gaan we staan immers vlakbij de grens van Saudi in de prachtige “ Wadi Dahek” ook wel de witte woestijn genaamd.

Na vele afwegingen besluiten we uiteindelijk toch maar rechtstreeks naar de grens met Irak te gaan. In een van de laatste dorpen voor de grens zien en ruiken we nog iets bijzonders; afvalcontainers vol vachten van net geslachte schapen. Zal wel een offerfeest zijn want morgen begint immers de ramadan…

Wordt vervolgd,

Nico en Joska

2 gedachtes over “Hashemite Kingdom of Jordan

Plaats een reactie